Volk van Gods keuze – over uitverkiezing, Israël en de kerk.

Inleiding

Verbond en verkiezing blijven als geloofszaken steeds maar weer aandacht vragen. De Bijbel alleen zal hulp en troost bieden als we daarmee bezig zijn. Daarbij kunnen we vragen of in vergelijking met het Oude Testament niet de hoofdzaak gezocht werd in het Nieuwe Testament. Dat zou tot verarming kunnen leiden, omdat het eerstgenoemde Bijbeldeel de lezer juist in bijzondere mate de heilshistorische wijde blik op de verkiezing geeft. Dit uitzicht, dat het Oude Testament ten aanzien van de verkiezing van Israël biedt, toont dat in de grote Messiaanse toekomst die verkiezing een verdieping ondergaat. Het Israël van de toekomst dat met de heidenen het nieuwe volk van God zal vormen, is een ander volk dan het oude Israël.

Dit nieuwe volk wordt uit Israël en uit de heidenen als ‘rest’ die gelovig volhardt, vergaderd enkel en alleen door de onpeilbare barmhartigheid en genade van God. Hier gaan de vensters naar het Nieuwe Testament open. Hier blijkt ook dat het in-Christus-zijn van voor de grondlegging der wereld, in de oudtestamentische verwachting verborgen ligt.

Want dit is het verbond dat God met Israël wilde sluiten: ‘Ik zal mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven. Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn’ (Jeremia 31:33).

Het nieuwe volk Israël, de kerk is het naar volheid groeiende getal van Abrahams lijfelijke kinderen die de Messias als hun Redder hebben aangenomen, tezamen met de op hun stam geënte heidenen, die eveneens de Messias als hun Verlosser aannemen. Ook zij groeien, met de gelovigen uit de Joden, tot het volle getal van hen die God van eeuwigheid heeft verkozen. Het is de kerk, op weg naar Christus’ wederkomst.

Woord Vooraf
Inleiding
Hoofdstuk 1 - Kiezen
Hoofdstuk 2 - Verkiezing van het volk Israël
Hoofdstuk 3 - Verkiezing, verwerping, tweede verkiezing
Hoofdstuk 4 - Verkiezing en verbond
Enkele toevoegingen